Het zijn bijzondere en uitzonderlijke tijden. Angstaanjagend en bevreemdend. Deze woorden lezen en horen we bijna iedere dag. Ze komen misschien je strot al uit. Maar. Een ding is zeker. Dit kwaadwillig virus verbindt ons op een speciale manier.
Het is geen Kerstmis. Je bent misschien niet jarig. Toch ontvangen we allemaal massaal kaartjes. Een geurig bloempje, een reepje chocolade, een persoonlijke puzzel. Het gemis is groot. Daarom zoeken we naar een manier om te zeggen: Hé, ik denk nog aan je!
Want afspreken op café, of elkaar kwijtraken tijdens een overbevolkte fuif kan even niet meer. We moeten niet meer naar elkaar schreeuwen zodat de ander ons verstaat.
Neen. Deze lockdown-light heeft ervoor gezorgd dat we weer naar het ouderwetse ‘pen en papier’ grijpen. De briefjes zijn oprechter. Het contact veel persoonlijker. Via een Whatsapp of Facebookberichtje vertel je over je dagelijkse belevingen.
Maar dat kaartje. Die foto of die puzzel zegt meer dan jouw paragraafjes op sociale media.
“Hé, ik denk aan je. En ik wil dat je dat weet.” Het is zo simpel. Maar ook enorm ontroerend. Bemoedigend en oprecht.
Hoelang houden we dit vol? Zo persoonlijk zijn, zonder dat we elkaar kunnen zien? Wat mij betreft, mag deze ‘traditie’ ook na de lockdown verder gezet worden.